Inspecteurs van de NVWA zien een trend dat fokkers van rashonden en -katten experimenteren met hun diersoort. Daardoor krijg je honden die door hun platte snuit slecht ademhalen en naaktkatten die snel verbranden in de zon. Maar wanneer is de snuit te plat? En is het kale uiterlijk van de naaktkat een probleem voor het beestje?Volgens de Wet dieren is dat het geval als de gezondheid en het welzijn van een dier bedreigd wordt. “Deze open norm laat teveel ruimte om goed te kunnen handhaven tegen de fokkers”, vertelt inspecteur Plantinga. Samen met de Universiteit van Utrecht lukte het de NVWA in 2019 toch om fokkers op de vingers te tikken, door aan te tonen dat de gezondheid van de dieren in het geding was.

Rashonden en -katten zijn populairder dan ooit. “Dat komt mede door een aantal influencers, die bijvoorbeeld op YouTube pronken met hun designerdier”, vertelt Plantinga. Er wordt lang doorgefokt met de dieren, tot een schoonheidsideaal is bereikt. Vaak ontstaan er lichamelijke problemen. Dieren kunnen niet goed ademen, lopen slecht of hebben altijd hoofdpijn door de afwijkende schedelvorm. De NVWA staat voor dierenwelzijn, maar door de open norm blijkt handhaven tegen de fokkers in de praktijk vaak lastig.

Open norm probleem voor handhaving

Fokkers moeten zo fokken dat de gezondheid en het welzijn van dieren en nakomelingen niet benadeeld wordt. Dit is opgenomen in het Besluit houders van dieren. Omdat er veel rassen zijn, ieder met hun eigen problemen, wordt niet specifiek ingegaan op wat wel en wat niet tot gezondheid- en welzijnsklachten leidt.

In de praktijk is het moeilijk aan te tonen wat het verband is tussen de afwijking en de problemen die ontstaan bij de dieren. Veelal ontbreken er objectieve en wetenschappelijke criteria. “Dat zorgt ervoor dat het heel lastig kan zijn om naar aanleiding van een handhavingsverzoek of melding de fokker te berispen”, vertelt de inspecteur.

Dat probleem deed zich voor het eerst voor in 2016. “Stichting Dier & Recht kwam met een handhavingsverzoek voor een fokker van de Franse Bulldog. Hier bleek dat het voor de NVWA moeilijk was om over te gaan op handhaven, door de open norm. “De rechter heeft toen gezegd: hier moeten jullie iets mee als NVWA”, zegt Plantinga. Uiteindelijk leidde dit handhavingsverzoek tot een hoorzitting, en is er gesproken met verschillende fokkers. “Ook zijn er gesprekken gevoerd met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Uiteindelijk heeft dit allemaal geleid tot de opdracht aan de faculteit Diergeneeskunde in Utrecht om criteria op te stellen”, vult Plantinga aan.

Meer wetenschappelijke onderbouwing

Na gesprekken o.a. met een aantal NGO’s, heeft LNV het Expertisecentrum Genetica Gezelschapsdieren van de faculteit Diergeneeskunde gevraagd om op basis van deze casus criteria te ontwikkelen voor het gezond fokken van dieren.

Inspecteurs zijn geen dierenartsen, dus het moesten relatief eenvoudig vast te stellen criteria zijn. Denk aan een hoorbare ademhaling in rust en het constateren van vernauwde neusgaten”, vertelt Plantinga.

In 2019 lukte het ook om 2 fokkers van kortsnuitige katten - Peke Face Perzen– aan te pakken.

En er was in 2019 succes bij de aanpak van de naaktkattensoort Bambino Sphynx. “Wetenschappers van de faculteit diergeneeskunde toonden aan dat deze kattensoort wel degelijk schadelijke erfelijke kenmerken hebben en daardoor problemen ondervinden bij doorfokken”, legt Plantinga uit. Dit leidde er toe dat de NVWA in de zomer van 2019 tegen een fokker van deze kattensoort met succes kon optreden. “De fokkers stopten met fokken. Als ze dit weer gaan doen, volgt een fikse boete”, vult Plantinga aan.

Daadkrachtig optreden en publieke opinie verandert

De lijst van katten- en hondenrassen is lang. En voor elke soort bepalen waaraan de dieren moeten voldoen is volgens Plantinga onbegonnen werk. “Dit betekent dat wij niet altijd kunnen handhaven, tenzij de overtreding glashelder is. Bijvoorbeeld bij het bewust fokken met een hond die een erfelijke epilepsie heeft”.

Doordat mensen steeds zich bewuster worden van de gezondheidsrisico’s van doorfokken, verwacht de inspecteur dat het aantal meldingen de komende jaren verder gaat stijgen. “Dat is de afgelopen vijf jaar al zo. Door de media op te zoeken en te laten zien wat we doen als NVWA, kunnen die publieke opinie beïnvloeden. Als er geen vraag meer is naar dit soort dieren, stopt het fokken ook”, denkt Plantinga.

“Iedereen wil toch een gezonde hond of kat?”

Inspecteur Ingrid Beekmans houdt zich voornamelijk bezig met het controleren van hondenhandel, waaronder de wijze waarop honden worden gefokt. In de praktijk ondervindt ze dat het soms lastig is om goed te kunnen inspecteren doordat duidelijke criteria veelal ontbreken.
Voor de controles op het fokken van kortsnuitige honden zijn er inmiddels wel werkbare criteria. “Zo meten we bijvoorbeeld de neus en schedellengte, om uiteindelijk de neusverkorting te weten”, legt Beekmans uit. Neusverkortingen zorgen er mede voor dat honden moeilijk kunnen ademen.

De inspectielijst voor kortsnuitige honden telt zes criteria. Niet alleen de neusverkorting wordt opgemeten, maar ook de ademhaling gecontroleerd. “Mopshonden staan er om bekend dat ze zwaar en knorrend ademen”, vertelt Beekmans. Bij een controle scoort de hond van de fokker een kleur. “Dit kan groen, oranje of rood zijn. Op basis van de beoordeelde criteria trekken we onze conclusies”, legt Beekmans uit. Scoort de fokker op een of twee criteria oranje, dan moet de fokker goed nadenken met welke combinatie hij wil fokken. Bij een rood mag de fokker niet meer fokken met het dier op de manier zoals hij tot nu toe gedaan heeft.

De inspectielijst werkt en is een welkome aanvulling, vindt Beekmans. “Het is voor mij als inspecteur, maar ook voor de dierenarts, fijn om te weten op welke criteria we moeten toetsen”. Er is echter wel een beperking en dat is dat er niet voor alle rassen en alle fokkerijpraktijken criteria kunnen worden ontwikkeld. Dat is ondoenlijk. Daarom blijft de NVWA investeren in het gesprek met LNV wat een effectieve en haalbare weg is om uitwassen in de fokkerij van gezelschapsdieren uit te bannen.

“Als wij niet zeggen dat fokkers moeten stoppen met fokken, dan gaan ze door. We moeten zorgen dat de gezondheidsrisico’s van de hondenrassen veel duidelijker bekend worden bij de particuliere kopers en het grote publiek. Vaak hebben die geen idee wat er allemaal speelt binnen een ras. Iedereen wil toch een gezonde hond of kat kopen?”