De Afrikaanse varkenspest (AVP) rukt op richting Nederland. En met een jaarlijkse export van 2.4 miljard euro aan varkensvlees naar het buitenland zijn de economische belangen voor de sector groot. De NVWA is verantwoordelijk voor de uitvoering van de dierziektebestrijding, waaronder ook varkenspest. Sinds 1986 is er geen geval van Afrikaanse varkenspest meer geweest in ons land. “Maar toch blijft die kans aanwezig”, zegt inspecteur Marcel Spierenburg. “Er is nog geen vaccin tegen het virus en menselijk handelen wordt gezien als het grootste risico voor de verspreiding van deze varkenspest.”

Spierenburg werkt bij het NVWA Incident- en Crisiscentrum (NVIC) van de afdeling Incident en Crisisbeheersing (ICB). In 2019 zijn er 81 varkenspest-meldingen binnengekomen. “Boswachters, de provincie en Rijkswaterstaat doen een melding als ze een dood zwijn zien in de natuur. Ook  dierenartsen melden als ze een mogelijk ziek varken zien bij boerderijen of slachthuizen. Wij nemen dan bloedmonsters bij deze dieren en sturen die naar een laboratorium. Binnen acht uur is de uitslag bekend”, legt Spierenburg uit.

Besmettingsroute via Oost-Europa

De Afrikaanse varkenspest komt oorspronkelijk uit Afrika. “Via de Kaukasus, Rusland en landen in Oost-Europa is het virus steeds dichterbij gekomen”, legt Spierenburg uit. Varkens kunnen op twee manieren besmet raken met het virus. Als eerste door direct contact met andere varkens. “In landen als Roemenië, Bulgarije en Hongarije heb je veel kleine boerderijen met weinig varkens. De bioveiligheid is daar niet optimaal, er is sprake van gebrekkige huisvesting, geen goede hygiëne en slechte afscheidingen. Varkens kunnen daardoor makkelijker in contact komen met wilde zwijnen”, vertelt Spierenburg.

Varkens kunnen ook ziek worden door het eten van besmet voedsel. “In Oost-Europa wordt veel gedroogde worst gegeten. Het virus kan daar lang in overleven. In bevroren vlees zelfs jaren. Daarom is het binnen de EU ook verboden om keukenafval te voeren aan varkens. Zo kan dat besmette stukje worst in de maag van een varken terechtkomen”, zegt Spierenburg. “Grote kans dat de zwijnen in België ziek zijn geworden door het eten van besmet voedsel op parkeerplaatsen.”

“We zijn goed voorbereid”

Om dit in Nederland te voorkomen heeft de NVWA in 2019 veel gedaan om reizigers op de parkeerplaatsen te informeren. “We hebben flyers gemaakt met aanwijzingen voor toeristen, vrachtwagenchauffeurs en zakelijke reizigers”, legt teamleider Arco van der Spek uit. “Ook zijn er borden geplaatst op parkeerplaatsen om chauffeurs te informeren om geen etensresten in de natuur te gooien.” Op deze parkeerplaatsen wordt dan ook regelmatig gecontroleerd of de borden er nog staan, er een goede afscheiding is met de natuurlijke omgeving en dat prullenbakken worden geleegd.”

Samenwerking is daarbij belangrijk, vindt Van der Spek. “Na de uitbraak van varkenspest bij wilde zwijnen in België, in september 2018, is er een preventieteam opgericht. In dit team zitten vertegenwoordigers van het ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), de NVWA, de Gezondheidsdienst voor Dieren en de verschillende partijen uit de varkenssector. Dit team bespreekt regelmatig de actuele situatie en bepaalt welke preventieve acties nodig zijn om zo het risico op een varkenspestuitbraak in Nederland zo klein mogelijk te houden.”

Daarnaast is er regelmatig overleg met de provincies, omdat zij verantwoordelijk zijn voor het wildbeheer. Om te kijken hoe de samenwerking in de praktijk verloopt wordt er ook geoefend met de verschillende partijen. Bijvoorbeeld door een varkenspest-uitbraak bij wilde zwijnen na te bootsen. “We zijn dus goed voorbereid, maar verbeterpunten zijn er altijd’, sluit Van der Spek af.

“Bij een melding van varkenspest gaan alle alarmbellen rinkelen”

Normaal staat dierenarts Inge Thomassen te keuren bij slachthuizen en verzamelplaatsen voor import en export van vee, maar een aantal keer per jaar heeft ze een week lang bereikbaarheidsdienst voor de dierziektebestrijding. “Dan draag ik mijn telefoon 24 uur per dag bij me. Want bij een melding van mogelijk varkenspest gaan alle alarmbellen rinkelen. Koorts, bloederige diarree en bloedingen zijn typische varkenspest-symptomen. We nemen bloedmonsters af bij een dier met deze symptomen. Binnen een dag weten we de labuitslag.” Als het bloedmonster positief blijkt op APV, treedt een strak protocol in werking.

 “Ik neem contact op met de veehouder. Met lood in mijn schoenen omdat ik weet wat de impact voor de veehouder is. De NVWA blokkeert dan namelijk onmiddellijk het hele bedrijf. Binnen drie uur staat een speciaal team op het bedrijf, bestaande uit een specialist van de Gezondheidsdienst voor Dieren, de bedrijfsdierenarts en een dierziektedeskundige van de NVWA. Als er geen varkenspest wordt vastgesteld, dan mag het bedrijf weer open.

Bij een bevestigde test geldt een ander scenario. Dan liggen draaiboeken klaar over hoe het bedrijf te ruimen. Ook boerderijen binnen een straal van een kilometer moeten dan worden geruimd”, vertelt Thomassen. En dat hoopt ze niet nog een keer mee te maken.

Want als praktiserend dierenarts was Thomassen betrokken bij verschillende ruimingen tijdens de grote klassieke varkenspestuitbraak in 1997. “Verschrikkelijk, dat vergeet ik nooit meer. Als dierenarts ben je gewend om te euthanaseren, maar aan de lopende band honderden varkens in te laten slapen maakt je verdrietig.”